65 minuten
6 personen

Ingrediënten

  • 1 aubergine
  • 1 ajuin
  • 1 rode paprika
  • 2 selderstengels
  • 1 blik tomatenpuree
  • Ontpitte groene olijven
  • Kappertjes
  • 40 gr rozijnen
  • 2 el honing
  • 1 laurierblad
  • Peper en zout
  • 5 el olijfolie
  • 60 ml rode wijnazijn
  • 60 ml droge witte wijn
  • 1 ciabattabrood
  • Peterselie en verse munt

Stap 1

Verwarm de oven voor op 200 graden. Snij de aubergine in blokjes en kruid ze af met zout. Leg de blokjes op een bakplaat en besprenkel met 3 eetlepels olijfolie. Schud ze even door elkaar en rooster de aubergineblokjes gedurende 25 tot 30 minuten in de oven tot ze bruin zijn.

Stap 2

Ontpit de paprika en snijd deze net zoals de ajuin in blokjes. Snij de selderstengels in schijfjes. Verhit 2 eetlepels olijfolie in een pan en bak de ajuin, paprika en selder in 5 tot 7 minuten gaar. Breng op smaak met peper en zout.

Stap 3

Voeg de tomatenpuree, de kappertjes, fijngehakte olijven, rozijnen, honing en het laurierblad toe. Giet ook de rode wijnazijn en de witte wijn erbij. Roer alles goed door elkaar en laat 10 minuten sudderen op een laag vuurtje.

Stap 4

Roer de geroosterde aubergine erdoor en laat deze nog 2 tot 3 minuten in de saus koken. Besmeer het ciabattabrood met de caponata en kruid af met fijngehakte peterselie en munt.