90 min
4 personen

Ingrediënten

  • 4 raapjes
  • 8 fijne wortels
  • 1 ui
  • 1 teentje look
  • 1 klontje boter
  • 400 g stoofvlees (van wild)
  • ½ dl rode wijn
  • ½ dl bruine fond
  • 2 laurierblaadjes
  • 2 tijmtakjes
  • 1 plakje peperkoek
  • 1 boterham met mosterd
  • 100 g kerstomaten
  • 2 el Meli-honing
  • Peper en zout

Stap 1

Schil de raapjes, snij ze in stukken en schil de wortel. Kook de groentjes beetgaar in gezouten water. Giet ze af en hou ze aan de kant.

Stap 2

Snipper de look en de ui fijn en stoof aan in een ruime pot met boter. Voeg het stoofvlees toe en bak het kort aan.

Stap 3

Blus met rode wijn en laat het even koken op een zacht vuur. Voeg de fond, tijm en laurier toe. Voeg ook de honing en de peperkoek (in stukjes) toe. Leg de boterham met mosterd bovenop het stoofpotje.

Stap 4

Laat het geheel een uurtje rustig sudderen. Voeg aan het einde de raapjes, wortels en kerstomaten toe en laat ze nog even kort verder garen.

Stap 5

Kruid af met peper en zout. Serveer met kroketjes en een fris slaatje.